Terug naar de namenlijst

Persoonskaart van Lodewijk van Grasstek

Lodewijk van Grasstek is geboren 06-10-1919 te Amsterdam, Barentszstraat 19, zoon van Jan van Grasstek en Anna Plemper. Hij is gedoopt 07-10-1919 te Amsterdam, in de R.K. kerk "St. Maria Magdalena". Lodewijk is overleden 06-10-1996 te Amsterdam, Pres. Kennedylaan 194 II , 77 jaar oud. Hij is begraven 10-10-1996 te Amsterdam, St. Barbara, Spaarndammerdijk 312.

Lodewijk trouwde 23-12-1942 met Johanna Knaven.

Kinderen

- ♂ Jan van Grasstek 51 jaar oud
- ♀ Egberdina Alida van Grasstek 54 jaar oud
- ♂ Wilhelmus Hendricus van Grasstek 3 jaar oud




Afbeeldingen

Notities bij Lodewijk van Grasstek

Tevens in bezit: dagboekje uit krijgsgevangenschap, 1944-1945

Groeide op aan het Haarlemmerplein te Amsterdam, waar zijn vader en zijn familie werkzaam waren in hun expeditiebedrijf. Dit ging toen nog met paard en wagen en Bob groeide op tussen de paarden in de stallen. Hij was net als zijn vader groot en gezond.
Als jongeman was hij erg geïnteresseerd in de familiegeschiedenis. Samen met een oudere neef, George (215) uit Den Haag vonden ze de informatie van vele voorouders. (Zie verder “de geschiedenis van onze genealogie”)
Hij werd opgeleid als timmerman en vervulde daarna zijn militaire dienstplicht.
Zijn dienstplicht werd verlengd als gevolg van de toenemende oorlogsdreiging, de totale mobilisatie.
Vlak voor de oorlogshandelingen was hij ingekwartierd bij de familie Tukkers in het plaatsje Rijssen, waar hij ook na de oorlog , een zeer goede relatie mee had.
Hij speelde goed viool en kon ook goed zingen. Zodoende was hij gedurende zijn totale diensttijd actief in meerdere militaire orkestbands. Op 10 mei 1940 werd hij ingezet bij de verdediging van de IJssellinie, om daarna terug te trekken op het Gooi.
Na de demobilisatie ging hij weer aan het werk in Amsterdam en ontmoette zijn latere vrouw en bovenbuurmeisje Johanna Knaven, op zijn ouderlijk adres in de Fagelstraat 64.
Zij trouwden op 29-12-1942 in de R.K. kerk "de Lourdes" aan de Jacob Catskade.
Bob maakte in die tijd de Familiewieg, een eigen ontworpen teakhouten wieg, met daarop het familiewapen geschilderd door zijn zwager Bertus van Leeuwen. Deze wieg is nog in het bezit van de familie.
Hun oudste zoon, Jan, werd op 07-05-1943 geboren en in juni ‘43 moest Bob zich alsnog melden voor krijgsgevangenschap. Als reactie op verzetswerk van Nederlandse militairen, gaf Hitler in 1942 opdracht tot de deportatie van de voormalige militairen naar krijgsgevangenkampen. Alle militairen dienden zich te melden, onderduiken was met de pasgeboren baby geen optie.
Bob werd per trein vervoerd naar Tsjechië, Stammlager IV C / Stalag IV C bij Bystrice, Dubí en Teplice in de buurt van de stad Most (voorheen: Brüx), kort over de grens bij Dresden, het zogeheten “ Sudeten-Duitsland”. Daar werden de militairen gedwongen arbeid te verrichten, o.a. in de bruinkoolwinning en de daaruit voortkomende chemische industrie. Een strategisch doelwit! Aanvankelijk vielen de omstandigheden mee, Bob werd door zijn opleiding geplaatst op een bureau waar bouwtekeningen moesten worden gemaakt. Maar met het verloop van de oorlog werden de omstandigheden steeds slechter, mede door de steeds intensievere bombardementen op het kamp en de omliggende installaties door de Geallieerden. Vele krijgsgevangenen kwamen daarbij om het leven.
Bijna had Bob het leven gelaten door de difterie, maar mede door de zorgen van een Franse priester-verpleger overleefde hij de aanval. Uiteindelijk werden de gevangenen door het Russische leger bevrijd en kon hij, samen met zijn dienstkameraad, Gerrit Huiskamp, op eigen gelegenheid naar Nederland terug. Eind mei 1945 kwamen ze behouden in Amsterdam aan.
Een dagboekje en briefwisselingen via het Rode Kruis uit deze tijd zijn bewaard gebleven.
Na terugkeer in Amsterdam was er, zoals voor een ieder, geen opvang mogelijk van alle opgedane trauma’s. Er moest gewerkt worden, tijd voor verdere opleidingen moest plaatsvinden in de avonduren. Bob werkte als timmerman, later uitvoerder en deed de opleiding voor bouwkundige. Werd hoofd technische dienst in hotel de Pays Bas, Amsterdam, daarna in dezelfde functie in hotel De Ronde Venen, Vinkeveen.
Bob maakte thuis, samen met vrouw, zijn broer Wim, vrienden en vriendinnen, veel muziek. Een gezelliger tijd brak aan, waarbij hij en zijn vrouw ook actief waren in een operettegezelschap. Bob had behalve zijn viool ook een goede baritonstem en als kerkzanger werd hij veelvuldig verzocht om de solopartijen te zingen.
Dochter Ineke en later de zonen Lodewijk, Hans en Wimke werden geboren. Wimke werd 3 jaar, hij overleed door de gevolgen van Meningitis (hersenvliesontsteking).
Later werd Bob hoofd Technische dienst van de Fa Bührmann- Tetteroode, papiergroothandel aan de Keizers en Prinsengracht. Hij had zijn kantoor aan de Prinsengracht, tegenover de Noordermarkt.
Als freelance bouwkundig/ technisch adviseur werkte hij ook bij de Stichting Brentano, steun des ouderdoms, een huis voor bejaarde heren, aan de Keizersgracht 617. Hem werd gevraagd als projectleider de nieuwbouw van de stichting in Amstelveen te gaan begeleiden. Na de realisatie van de nieuwbouw kreeg hij een baan als Hoofd Civiele dienst en waarnemend directielid. In Brentano kwamen zijn sociale karakter, de techniek en zijn voorliefde voor geschiedenis en muziek samen. Hij bleef dit werk doen tot aan zijn vervroegd pensioen en geheel in zijn stijl maakte hij na het afscheidsfeest, samen met zijn vrouw, de terugreis naar huis per koets, aangeboden door de stichting.
Aan de genealogie heeft Bob zich niet meer intensief gewijd, hij bezat veel originele documenten en deelde zijn kennis met zijn oudste zoon Jan, die de genealogie actualiseerde.
Was in bezit van een zegelring met familiewapen.
Bob had veel contact met familieleden, met name met Willem (Lodewijk Constantijn) van Grasstek (244) en zijn gezin, waar een hartelijk contact mee was.
Als een echte Pater Familias genoot Bob met zijn vrouw , kinderen en kleinkinderen van de komende goede jaren.
Na het verlies van zijn oudste zoon, Jan , werd ook Bob ziek. Na een kort ziekbed en in bijzijn van zijn gehele gezin, overleed hij thuis op zijn 77e verjaardag aan de gevolgen van een niertumor.
Hij werd begraven in het familiegraf, op St Barbara, Amsterdam

Bob van Grasstek woonde achtereenvolgend:
1. Barentszstraat 19 van 22 Mei 1919 tot 1920
2. Haarlemmerplein 11 van 1920 tot 14 Febr.1928
3. Haarlemmerweg 21 van 15 Febr.1928 tot 15 Febr.1930
4. Korte Marnixstraat 3 van 16 Febr.1930 tot 31 Aug.1939
5. Fagelstraat 64’ van 1 Sept. 1939 tot 1942
6. Vrolikstraat 242" van 1942 tot 1967
7. Pres. Kennedylaan 194" van 1967 tot 1996

Uit het huwelijksregister 71 folio 45 v.
Den 23 December 1942 zijn gehuwd:
Lodewijk van Grasstek, beroep timmerman, oud 23 jaar.
Zoon van Jan van Grasstek en Anna Plemper

En

Johanna Knaven, oud 22 jaar, geboren te Amsterdam,
Dochter van Johannes Elias Knaven en Egberdina Alida Sijmons